Economie is altijd in ontwikkeling. De vraag waar het heen gaat houdt hele volksstammen bezig, van kleine aandeelhouders met volkstuintjes tot staatshoofden. Aan interesse voor economie dus geen gebrek. Helaas blijken interesse en begrip geen statistisch positief verband met elkaar te vertonen.
dinsdag 30 juni 2009
Meten van stemming en vertrouwen
Ik legde wat lijntjes over elkaar en kwam tot de conclusie dat:
- de stemming over de automarkt op google het meeste overeenstemming vertoont met het consumenten vertrouwen.
- het beeld over hypotheken volgens de google tool pas de laatste week negatief is geworden
- de stemming over werkgelegenheid al sinds augustus vorig jaar negatief is
Grappige gegevens en leuk om eens mee te spelen. Dus voor een ieder: http://www.google.nl/intl/nl/landing/barometer/
maandag 29 juni 2009
Too big to fail must be too big to exist
zondag 28 juni 2009
Angst is een slecht raadgever, ook als het inflatie betreft
Phillips had een formule voor inflatie management dat zo simpel was dat hij het op zijn visitiekaartje liet drukken in de tijd dat hij bij de Centrale Bank in de VS werkte.
π = πe + a (y – yp)
waarin π staat voor inflatie, πe voor de verwachte inflatie en (y – yp) voor de feitelijke productie min het potentiële productieniveau (ookwel outputgap)
Inflatie kon volgens Phillips dus worden aangewakkerd doordat een economie boven potentieel produceert of doordat de inflatieverwachtingen stijgen. Als we nu kijken naar de stand van de huidige economie kunnen we in elk geval met een gerust hard zeggen dat we niet boven potentieel produceren. Sterk nog, gezien de plaatjes die onder andere OECD en CPB daarover produceren hoeven we daar ons tot 2015 niet druk over te maken. Dan blijven de inflatie verwachtingen nog over. Moeilijker verhaal. De inflatieverwachting in de VS ligt in een historisch perspectief helemaal niet hoog, ondanks dat media en sommige publieke figuren doen alsof dit wel zo is. Nu bestempelen mensen in de VS een inflatieverwachting van 3 procent in de VS als hoog, echter de gemiddelde inflatie in de VS ligt de afgelopen 20 jaar bijna onafgebroken tussen de 3 en de 4% (zie in dit document figuur 7). De inflatieverwachting ligt ook sinds begin jaren 90 ook onafgebroken tussen de 3 en de 4%. We kunnen we dus van alles achter zoeken, maar misschien is het verwachtingsmanagement omtrent inflatie van de Amerikaanse Centrale Bank wel gewoon succesvol. Misschien weten markten niet waar het heen gaat en waar ze aantoe zijn en zijn verwachtingen omtrent inflatie daarom gewoon "vlak"gebleven zoals we tijdens deze crisis ook erder op grondstofmarkten gezien hebben (ja in deze crisis veel bewijs dat de effeciënte markthypothese niet opgaat, in elk geval niet in tijden van crisis).
In elk geval, en dit is er een in de categorie inflatieverwachtingen, zo lang mensen geld op de bank zetten om schulden af te lossen en er geen vraag is zal de monetaire verruiming niet effectief blijken. Zolang banken zelfs bij vraag naar geld minder uitlenen dan ze in het verleden gedaan zouden hebben zal het expansieve monetaire beleid niet erg effectief zijn. En zal het dus voorlopig met de inflatie wel meevallen.
Het enige echt spannende in dit vraagstuk is hoe en wanneer ga je al het geld dat nu in omloop is gebracht weer uit de markt trekken. Ik ben blij dat ik geen centrale bankier ben.
Ilse de Lange, The Golden Earing, Blof
vrijdag 26 juni 2009
From Russia with love?
Groei is nagatief met een verwachting van zo'n -6% over het jaar. Kan ook nogwel een tikje tegenvallen het eerste kwartaal ging met iets van -10% op jaarbasis. Niet gecorrigeerd voor prijsontwikkelingen lag de Russische export in het eerste kwartaal 2009 bijna de helft lager dan een jaar eerder.Treuriger is dat de daling van de extreme armoede van 29 procent in 2000 naar 13,4 procent in 2007 door de crisis grotendeels teniet zal worden gedaan. Dit ondanks een toch best indrukwekkend stimuleringspakket. De Russische stimuleringsmaatregelen zijn, als percentage van het bbp gemeten, een van de grootste ter wereld en bedragen ruim tien procent van het bbp van 1.231,2 miljard euro. Bij de uitvoering van een pakket van die groote wil er in een land dat op de corruptieranglijsten altijd in de kelder scoort wel eens een paar miljard verdwijnen. Jammer want gegeven bijzonder slechte cijfers die de Russische economie weet te produceren zou een effectief en efficient stimuleringspakket zeer welkom zijn.
woensdag 24 juni 2009
Duur grapje dat redden van die banken
Over de economie van de snelkookpan
http://freakonomics.blogs.nytimes.com/
Grappig, net als het boek.
En Nederland heeft er enige bekendheid:
http://freakonomics.blogs.nytimes.com/2009/06/22/why-pressure-cookers-are-big-in-holland/
zaterdag 20 juni 2009
Verschuivende machtsverhoudingen
In het najaar organiseert ISS en Clingendael een conferentie over economische diplomatie. Dit zou wel eens een van de meest "populaire" onderwerpen binnen de economische wetenschap van de toekomst kunnen worden.
Impact van stimuleringsbeleid op de economische groei
Impact of discretionary fiscal stimulus on real GDP growth (%) | ||||
| 2009 | 2010 | ||
GDP growth (forecast) | Impact of fiscal stimulus on real GDP growth (%) | GDP growth (forecast) | Impact of fiscal stimulus on real GDP growth (%) | |
U.S. | -2.8 | 1.4 | 1.6 | 1.2 |
Euro Area-15 | -4.0 | 0.8 | 0.4 | 0.3 |
Canada | -2.7 | 1.3 | 1.9 | 0.4 |
Japan | -4.5 | 1.8 | -0.2 | -0.7 |
China | 7.5 | 2.1 | 8.0 | 1.4 |
woensdag 17 juni 2009
Laatse ramingen te positief?
Natuurlijk voorspellen is moeilijk en misschien zouden we er wat minder tijd aan moeten besteden aangezien ze (te) vaak niet kloppen.
Maar op basis van zo maar eens 2 artikelen uit het NRC van maandag (de eerste over de oliemarkt, de tweede over de bijeenkomst van de BRIC's) zie ik risico's dat het CPB te positief s met de raming.
1) Het CPB verwacht dat dit jaar de wereldhandel met 15¼% daalt en volgend jaar zal herstellen met 1¾%. Belangrijke factor hierbij is natuurlijk de wisselkoers omdat dit de Europese/ Nederlandse concurrentiepositie beïnvloed. Het CPB gaat uit van een wisselkoers van $1,36 in 2009 en $1,39 in 2010. Terwijl over het algemeen een verdere daling van de dollar wordt verwacht tot zeker $ 1,50. De bijeenkomst van de BRIC's deze week die hierbij voornamen een deel van de valutareserves in elkaars valuta te gaan opbouwen, de aanbevelingen van de comissie Stiglitz die de green back niet langer meer als de reserve valuta van de wereld bestempelen, zijn tekenen aan de wand voor de dollar. Dus zware tijfel bij die $1,39. Een lagere dollarkoers zal de concurrentiepositie van Nederland op korte termijn per saldo negatief beïnvloeden. Dit houdt dus in dat hier een negatief risico in de verwachting van het CPB kan zitten.
2) Gemiddelde grondstofprijzen zijn erg hard opgelopen. CPB rekent bijvoorbeeld met $61 voor olie. Opzich niet heel vreemd, maar toch ook hier een risico dat de grondstoffen duurder uitpakken waardoor luikend herstel vertraagd wordt.
Gelukkig ook een up shot. Het CPB gaat uit van een herstel van de wereldeconomie in de tweede helft 2010. Voor de VS lijkt een eerder herstel mogelijk, hoewel het zwak zal blijven. Mocht dat zo zijn dan zal dat het Nederlandse herstel bespoedigen.
Over het geheel genomen denk ik dat het neerwaardse risico in de ramingen groter is dan het opwaardse.
maandag 15 juni 2009
Economische groei in Nederland
Van de site van het CPB:
- De Nederlandse economie krimpt in 2009 naar verwachting
met een niet eerder vertoonde 4¾%. Voor 2010 wordt een
krimp van ½% voorzien. - In navolging van de relevante wereldhandel neemt de uitvoer
van goederen dit jaar af met ruim 15%. - De werkloosheid loopt snel op, van 3,9% in 2008 tot 9½% in
2010. - De inflatie bedraagt 1% in 2009 en 1¼ in 2010.
- De gemiddelde contractloonstijging is in 2009 nog 3%, maar valt volgend jaar
terug tot 1½%. - De overheidsbegroting belandt diep in de rode cijfers. In 2009
bedraagt het begrotingstekort 4,1% BBP, terwijl het tekort volgend
jaar zelfs op 6,7% BBP uitkomt.
Een historische terugloop van het BBP staat ons dit jaar dus te wachten. Komt vooral ook door een ongekende terugval van de wereld handel van 15 1/4 procent. Naoorlogs hebben we dit nog niet eerder gezien. Een min van bijna 5% dus, is toch positiever dan de Rabo die uitgaan van -6%. Maar goed er moet natuurlijk wat neerwaards bij te stellen blijven.
Vooruitzicht voor 2010 is inmiddels ook krimp, wel bescheiden, -0,5%. Snel herstel is als scenario dus steeds minder inzicht.
Opvallend feit uit de raming is overigens dat Nederland het in 2009 volgens de verwachting nog net iets beter doet dan de EU. Waar de EU een ronde -5% scoort staat de Nederlandse raming op -4 3/4%.
Wat levert deze somberte nu op? Zoals het er nu naar uitziet zijn we eind 2010 in Nederland zo'n 5 1/4% armer dan op de piek in 2008.
zondag 14 juni 2009
Publieke schuld versus private schuld
dinsdag 9 juni 2009
Quote
While chronic inflation is essentially a question of excessive debt of the public sector, deflation is essentially a question of excessive debt of the private sector.
Binnenkort toelichting.
maandag 8 juni 2009
Veel mannen in de supermarkt binnenkort?
Veel vrouwen riepen het al, maar mannen blijken in deze crisis echt het zwakke geslacht. Van de blog van professor Mark J. Perry (Flint University) haalde ik 2 plaatjes voor de VS. Sinds het begin van de waarnemingen waren er niet eerder zoveel meer mannen dan vrouwen werkloos. En de laatste maanden groeit het gat ook nog eens extra snel. Verder blijkt dat mannen zowieso kwetsbaarder zijn tijdens recessies. Bekijk maar eens de toename van het aantal mannelijke werklozen tov vrouwelijk werklozen tijdens vorige recessies in de VS (1981-1982, 1990-1991 en 2001). E.e.a. heeft vooral te maken met de sectoren waarin mannen werkzaam zijn. Dat het gat nu exceptioneel groot is heeft vooral te maken met het feit dat veel mannen in de bouw werken en die is zwaarder getroffen dan anders. Als deze statistiek ook maar een beetje vergelijkbaar is met de Nederlandse situatie, en dat is die, dan zullen we binnenkort ook in Nederland veel meer mannen overdag in de supermarkt zien.
dinsdag 2 juni 2009
W-vormige recessie
Volgens Nouriel Roubini (een van de eerste om het double dip scenario te noemen voor de VS) is er een reëel risico dat wij door het stimuleringsbeleid een tijdelijke piek in de economische groei zullen zien. De onderliggende trend in de economie is echter helemaal niet positief en kan pas herstellen als de buffers van gezinnen en huishoudens zijn hersteld en de hoge leverage posities die de afgelopen jaren zijn opgebouwd deels zijn afgebouwd. Hiervoor zullen vooral Amerikaanse (maar ook Britse) gezinnen eerst een aantal jaren moeten sparen. Tot die tijd ontstaat er een soort zigzag in economische groei. Herstel treedt tijdelijk in als er belastingmaatregelen en ander stimuleringsbeleid van kracht worden die de kooplust even aanwakkeren, als bedrijven weer een stukje voorraad opbouwen etc. Onderliggend blijft er echter een zwak sentiment.
Inflatie versus deflatie
Economenland is weer eens heerlijk verdeeld. Paul Krugman schrijft in de New York Times "Suddenly it seems as if everyone is talking about inflation". Ik las het stuk toevallig twee dagen voor ik op mejudice “Inflatie in Nooitgedachtland” van Elmer Sterken las.
Krugman merkt een toenemende aandacht voor inflatie op. Elmer Sterken refereert in zijn stuk over "Inflatie in nooigedachtland" aan een van die stukken, te weten een stuk van Allen Melzer. De zorgen voor inflatie hebben te maken met het zeer expansieve monetaire beleid (en het effect hiervan op de kwaliteit van de balans van de FED) de toenemende Amerikaanse staatschuld, een perceptie van mindere onafhankelijkheid van de FED, de effecten van deze zaken op de wisselkoers van de dollar (en de gevolgen hiervan op importprijzen) en vast nog enkele andere punten. Veel van deze punten hangen ook nog eens onderling samen. Angsten die voor de VS geventileerd worden gaan in meerdere of minder mate ook op voor andere landen.
Zelf weet ik het ook niet hoe groot de tol is die we voor huidig beleid gaan betalen. Ik maak me op de korte termijn geen zorgen over inflatie. Volgens mij is voor inflatie eerst een herstel van de vraag nodig. Zonder (te grote) vraag naar producten geen opwaardse prijsdruk. De vraag zie ik niet snel herstellen (het spijt mij voor de positievo's). Hoewel sommige markten zich misschien stabiliseren, gebeurt dit in een situatie van grote overheidsstimulering en zeer goedkoop geld (in elk geval voor de banken). Het is mij volsterkt onduidelijk of er daadwerkelijk een duurzame stabilisatie van markten is, of dat het effect dat wij nu zien vooral komt door tijdelijke beleidsmaatregelen. Gezien het feit dat banken op dit moment in de EU en de VS juist geld weg zetten bij de centrale banken, en er dus sprake is van krimp van de kredietstrekking, lijkt een echt herstel me nog ver weg. Het ruime monetaire beleid leidt nu nog dus (nog) niet tot grote vraag. Ook de ervaringen van Japan maken dat ik niet direct grote inflatie zorgen heb. Japan heeft nu al jaren een zeer ruim monetair beleid, maar heeft ook al jaren te kampen met zeer lage inflatie en met enige regelmaat deflatie. Daarnaast geldt dat tegen de tijd dat een echt herstel van de economie zich aandient centrale banken de teugels ook nog eens kunnen aanhalen. Zeker in landen waar de monetaire autoriteit onafhankelijk is zal dit ook wel gebeuren.
Bij dit laatste zit mijn twijfel of we daadwerkelijk van inflatie gespaard zullen blijven. De hausse op aandelen, vastgoed en grondstofmarkten is mede veroorzaakt door het ruime monetaire beleid in navolging het klappen van de internet bubbel. Toen zijn de teugels niet tijdig aangehaald waarmee we de huidige crisis hebben ingezaaid.
maandag 1 juni 2009
Wielrennen versus fietsen
Het boek van Delpeut is uit 2009 het boek van Krabbé een klassieker uit 1978. Peter Delpeut schrijft over het genot van fietsen en het gevoel dat landschappen je kunnen geven. Op zijn fiets is Delpeut op zoek naar leegt en die vindt hij in de woestijn waar hij doorheen fietst. Fietsen is voor hem een vorm van ontspanning en efficiëntie. Fietsen is de echte manier van reizen waarbij je maximaal het landschap in je op kan nemen. Daarom heeft hij ook niets op met het sportelement van fietsen, de focus ligt dan niet meer bij het landschap. In dit kader haalt hij ook een verslag van een fietsreis van Tim Krabbé aan. Krabbé was slechts bezig met zijn plek in het peleton, het koersen, niet met het reizen.
Delpeut beschrijft in 184 pagina's 3 van zijn fietsreizen door woestijn(achtige) gebieden, Tim Krabbé beschrijft in de Renner in 154 pagina's een wielerkoers van 4 uur. De renner gaat juist wel over de fietssport, over het gevoel van het houden van een achterwiel, het gevoel van stuk zitten en alle andere gedachtes die tijdens het fietsen door je hoofd gaan. De Renner beschrijft Krabbé tijdens zijn hoogtij dagen op de fietsen toen hij als amateurprof met enkele grote namen het asfalt deelde.
Terug naar mijn eigen tochtje over de Veluwe van de Driebergse Tour Club. Ik heb meer met Krabbé. Ik heb om me heen gekeken, zag soms mooie dingen. Maar het wiel van mijn fietsmaatje was toch het belangrijkste focuspunt van de dag. En dat mocht niet te ver van mij weg rijden.